Kerststal

De uitvinder van de kerststal

De kerststal mag zich verheugen in een enorme populariteit. In vele huishoudens staan ze rond Kerstmis opgesteld onder de kerstboom. Vele fanatieke verzamelaars exposeren hun kerststallen in de kerstperiode in kerken, buurthuizen en musea. Maar hoe oud is de kerststal en wie was de ‘uitvinder’ er van?

Hoe het begon…
We schrijven het jaar 1223. Het is kerstavond, 24 december, in de plaats Greccio, Italië.  Franciscus Bernardone, die kort tevoren de definitieve regel voor de orde der minderbroeders officieel heeft laten bevestigen door de paus, wil tijdens de kerstviering de gelovigen zelf laten ervaren hoe de geboorte van Jezus in Bethlehem heeft plaatsgevonden. In een grot nabij een kleine kluis waar enkele minderbroeders wonen, laat hij door een lokale edelman, Giovanni Velita, een lege kribbe met stro en een levende os en ezel plaatsen. Zo geeft hij de armoedige omstandigheden weer waarin Jezus ter wereld is gekomen. Medebroeders en gelovigen uit de streek komen s ’nachts rond de grot samen om kerst te vieren. Ze brengen fakkels en lantaarns mee en zorgen zo voor een intieme sfeer. Diaken Franciscus zingt met welluidende stem het kerstevangelie en preekt over de geboorte van Jezus. De eucharistie wordt gevierd, staande rondom de kribbe. Deze gebeurtenis raakt de aanwezigen diep. Op vernieuwende en eenvoudige wijze heeft Franciscus het mysterie van de menswording van Jezus uitgebeeld en voor ongeletterden duidelijk gemaakt.

Ontwikkeling kerststal
Deze door Franciscus gekozen manier om het evangelie uit te beelden, past in een langere traditie binnen de kerk. Bijvoorbeeld de liturgische kerst- en paasspelen proberen ook het evangelieverhaal uit te beelden en zo aanschouwelijker te maken voor de aanwezige gelovigen. Franciscus wijze is echter ongewoon, heel letterlijk en vindt buiten een kerkgebouw plaats. Zijn manier spreekt direct aan en vindt daarom snel navolging: de kerststal is geboren. In Italië vinden we de oudste voorbeelden en blijft daar gedurende de eeuwen populair. Bekend zijn bijvoorbeeld de 18e eeuwse uitgebreide kerstgroepen uit Napels. Het Catharijenconvent bezit daarvan een prachtig voorbeeld.

Vanuit Italië dringt de traditie van de kerststal door in andere landen in Europa en via missionarissen zelfs over de gehele wereld. In met name in Frankrijk en de Duitssprekende landen wordt na en onder invloed van de katholieke contrareformatie in de 17e eeuw, de kerststal erg populair. In de Nederlanden vinden we de eerste voorbeelden al in de 16e eeuw. Dat bewijst de oudste kerststal uit Noordwest-Europa, die is opgenomen in de vaste opstelling van Museum W in Weert (uit franciscaans bezit) en twee groepen uit iets latere tijd in de collectie van Museum Boymans van Beuningen. Beide zijn ontstaan in de Zuidelijke Nederlanden. Wellicht onder invloed van de beeldenstorm verdween deze traditie in onze streek echter weer snel en het duurt tot ver in de 19e eeuw, voordat de kerststal in Nederlandse katholieke  kerken en burgergezinnen traditie wordt. De oudste kerststallen in huisgezinnen zijn veelal ingevoerd uit Duitsland en werden gevormd door kostbare biscuit porseleinen beeldjes. In de 20e eeuw werden vooral de goedkopere, veelkleurig beschilderde gipsen kerststallen populair en na de Tweede wereldoorlog was in ieder Rooms katholiek huisgezin in Nederland wel een exemplaar te vinden. 

Typering kerststal
Wat is nu het wezen van een kerststal en waarin verschilt de kerststal wezenlijk van de gebeeldhouwde kerstvoorstelling? Dat is het theatrale element. Met losse beeldjes kun je als gebruiker zelf de voorstelling inrichten, je kunt zelfs het hele verhaal naspelen, een gebruik dat ik nog uit mijn jeugd  in Limburg ken. Daar werd soms de halve huiskamer omgebouwd tot kerstlandschap en veranderde de voorstelling  met het verloop van de tijd. Bij het begin van de advent staat alleen de os in een lege stal. Maria en Jozef met de ezel naderen van een afstand de stal. De plaatsing van de kribbe en de engel vindt plaats op kerstavond, de herders met schapen die elders in het veld stonden, komen op eerste kerstdag bij de stal aan. En dan op het laatst, op 6 januari, arriveren de drie koningen. Zij waren al eerder op reis gegaan en kwamen iedere dag dichterbij. Dan is de voorstelling compleet en blijft zo staan tot Maria Lichtmis, 2 februari. Tegenwoordig blijft een kerststal niet meer zo lang staan. Soms haalt de stal driekoningen niet eens. Ook in miniatuur Bethlehem heeft de snelheid van ons moderne leven toegeslagen.


Eerste kwart 16e eeuw, Zuidelijke Nederlanden
Houten kerststal van gepolychromeerd eikenhout
verwerving: bruikleen orde minderbroeders franciscanen Nederland
inventarisnummer: 004712